Wat is dat geheimzinnige kenmerk van de hoogste bergen? Waarom willen we zo graag in stilte afzien tijdens onze eenzame weg naar de door wolken omgeven toppen? We beklimmen met Sophie Moser de Julierpas om meer te weten te komen over onze fascinatie voor het loodzware fietsen in de bergen. Ook stellen we ons de vraag waarom we er telkens terugkomen voor meer.
De Julierpas is een van de favoriete beklimmingen van Sophie Moser in haar eigen Zwitserland. Kleine rode treinen rijden door het berglandschap, terwijl we de besneeuwde, slingerende weg door schilderachtige dorpjes volgen. Deze bergen laten ons niet meer los. Ze fascineren ons en inspireren de drang om ze koste wat het kost te bedwingen. Maar zelfs een adembenemend landschap is niet genoeg als je benen leeg zijn. Soms is de strijd echt en vecht je tegen zowel je geest als de helling.
Tijdens een zomerrit vorig jaar had Sophie het zwaar. "Het was zo pijnlijk. Ik wachtte tot ik me weer beter zou voelen. Dit was zo'n dag waarop ik me afvroeg waarom ik dit doe", vertelt ze.
Verlangen naar de bergen
Bergen beklimmen is de passie van Sophie. Ze heeft gehiket in de Himalaya en fietst nu op en van de grote reuzen van Spanje, Frankrijk, Italië en haar thuisland Zwitserland.
"Bergen hebben altijd een heel bijzondere uitwerking op me gehad. Ze maken me rustig, maar geven me ook energie", zegt Sophie. "Je voelt je zo nietig als je omringd bent door die bergen, maar als je eenmaal de top bereikt hebt en het hebt gehaald, is het gevoel overweldigend."
Naar boven klauteren is voor Sophie een soort meditatief mini-avontuur. "Wat ik leuk vind aan klimmen - en deze ervaring heb ik niet op vlakke stukken - is dat ik me tijdens het fietsen echt focus en concentreer. Ik voel me heel helder. Op mijn werk, als ik een drukke dag of een hectisch project had, spring ik op mijn fiets, trap ik op de pedalen en kom ik weer tot mezelf."
Het is mooi als je bij de beklimming van een Alp, zoals de Julierpas, in één klim de vier seizoenen meemaakt. "Je begint in het dal, alles groeit, de natuur staat er in volle bloei. Elke meter die je vervolgens klimt verandert het landschap zienderogen en dan ineens sta je weer in de winterse vrieskou. Als de sneeuw dan smelt, hoor je de vogels en het water."
Sophie raakte als begin twintiger geïnteresseerd in fietsen, de snelheid en eenvoud van de sport trokken haar aan. De kleine lusjes rond haar geboortestad München liet ze voor wat het was toen ze naar Zwitserland verhuisde. Ze realiseerde zich dat ze hoger en verder moest fietsen als ze meer avontuur wilde.
De leercurve voor een nieuwe fietser kan net zo steil en ontmoedigend zijn als een geitenpad in de Pyreneeën. Toen Sophie begon, moest ze tijdens langere beklimmingen meerdere keren stoppen om op adem te komen. Ze liet zich niet afschrikken en schreef zich in voor de Highlander Radmarathon in Oostenrijk: 160 kilometer en goed voor 2.400 hoogtemeters. Maar haar eerste racefiets, een oude De Rosa, had een standaard groepset; daarmee kon ze de pedalen bergop amper ronddraaien.
Ze brak, barstte in tranen uit, maar bleef vechten en duwen op de pedalen, in de hoop dat het beter zou gaan. Slechte dagen op de fiets zijn niet leuk, maar zulke situaties doen zich onherroepelijk voor. We leren hiervan dat we de kracht hebben om schijnbaar onmogelijke uitdagingen te trotseren.
Custom Koba Pro
De perfecte setup helpt teleurstellingen te voorkomen. Op Sophies custom-made Koba Pro met DURA-ACE-groepset en Di2 heeft ze nu een 11-34T cassette, wat ervoor zorgt dat ze dagen achtereen zware klimtochten kan maken. "Als je benen eenmaal pijn doen, is het over. Ik wil gewoon een versnellingsratio die me helpt om met gemak te trappen. Op een gegeven moment realiseerde ik me dat ik oneindig door kan trappen als ik een bepaalde cadans aanhoud."
Tegelijkertijd geven Sophies Shimano C50-wielen haar volop vertrouwen aan beide zijden van de berg. "Je moet omhoog én naar beneden. Ik vind het geweldig hoe mijn setup aanvoelt en hoe nauwkeurig het is. Ik weet precies wat het complete systeem doet: als ik rem, remt het. Als ik schakel, schakelt het. Het doet wat het moet doen. Als vrouw met handen van doorsnee grootte is de ergonomie van de shifter hoods en hendels ook goed."
In de loop der tijd heeft Sophie geleerd om goed te eten tijdens de ritten en om een extra laagje aan te trekken voor de koude Zwitserse winters. Ze klom steeds hoger, bedwong meer bergen en maakte langere tochten. "Op een gegeven moment besef je: hoe meer je fietst, hoe beter het gaat, hoe makkelijker het is. Toen begon ik het klimmen leuk te vinden."
"Wat ik leuk vind aan steile beklimmingen: zodra de trapcadans in lijn is met mijn ademhaling, kom ik in een bepaald ritme. En als het intenser wordt, denk ik nergens meer aan. Het gaat alleen om mij, het fietsen, de fiets en de klim die ik wil nemen."
Haar DURA-ACE-vermogensmeter geeft voortdurend de bevestiging dat ze vooruitgang boekt. Met behulp van harde data weet ze dat ze sneller gaat, ook al doet het evenveel pijn.
Na al die verbeteringen kwam Sophie vijf jaar na haar debuut op de Highlander Radmarathon terug en finishte ze als tweede in haar leeftijdscategorie. Ze was tweeënhalf uur sneller. Er waren geen tranen toen, dat is een ding dat zeker is.
Gezelschap kan helpen om de beleving te veranderen, het is anders dan dat je solo rijdt. "Ik vind beide leuk. Maar alleen rijden is intenser. Soms worstel je met jezelf en is er niemand om mee te praten", zegt ze.
"Het is een kwestie van jezelf controleren, met jezelf praten, jezelf motiveren. En soms ga ik vrij langzaam. Maar andere keren, als ik een goede dag heb, ga ik er helemaal voor en push ik mezelf enorm. Het fietsen heeft me ook geleerd dat het soms niet lukt en dat ik er dan helemaal klaar mee ben. Maar na elke down is er weer een up."
Na haar slechte dag op de Julierpas reed Sophie de Route des Grandes Alpes. Het gaat hier om 17 bergpassen en meer dan 7.000 hoogtemeters tussen het Meer van Genève en Nice. Ze nam zich voor om dag voor dag aan haar droom te werken. "Dit was het mooiste moment ooit. Ik weet dat er na een slechte dag altijd wel weer een goede zal komen."
Beklimming van beroemde cols: Galibier, Madeleine, Izoard
Voor elke fietser zijn er ambities en lang gekoesterde dromen - soms al vanuit de kindertijd - die samenhangen met de beklimming van een imposante berg. In 2019 volgde Sophie haar dromen en beklom ze voor het eerst de Franse Alpen. De Col du Galibier, Col de la Madeleine en Col de la Croix de Fer om precies te zijn. Elke berg heeft zijn eigen karakter, kleur en kenmerkende landschap en speelt een rol in de rijke Tour de France-geschiedenis.
Telkens als we klimmen, is er dat schitterende moment op de top, waar de grandeur van het massief ons het zwijgen oplegt. De grootsheid van de natuur, de wilde schoonheid van de Franse Alpen - deze momenten van totale bewondering maken duidelijk dat we juist op deze bergwegen o zo graag rijden. Sophie stond boven op de Col d'Izoard, haar hart bonkte, haar ademhaling haperde, maar ze was tevreden.
"Je komt erachter dat je meer kunt dan je eigenlijk denkt te kunnen, zoals de Mont Ventoux drie keer op een dag beklimmen", zegt ze. "Ik zal je dit vertellen: ik rijd liever omhoog dan op het vlakke, gewoon omdat het zo leuk is."
Zie hoe Sophie Moser tijdens haar beklimmingen van de Albula- en Julierpas in Zwitserland haar passie voor het fietsen in de bergen deelt.
Bio
Sophie Moser heeft een passie voor fietsen en het beklimmen van hoge bergen. Ze heeft door Europa gereisd en onder meer de Dolomieten, de Vogezen, Mallorca en de Franse en Zwitserse Alpen aangedaan. Ze heeft ook de Mont Ventoux drie keer op één dag beklommen. Sophie is sinds 2020 betrokken bij het initiatief #fastandfemaleSUI, waarbij ze tochten organiseert voor en met vrouwelijke fietsers. Volg haar op Instagram @sophiemoser.